
op drift geraakt is mijn gevoel
een los geslagen schip
het anker ploegt maar verliest de grip
de bodem woelt in woorden uitgedrukt
te sterk verstrik ik op de dollen
het breekt er uit nabij hoog water
ze zagen bomen uit het bos
de lijven van hun ankers los
ik fietste daar gemoedelijk rond
de boswachter hield mijn staande
op zijn woord het is niet meer gezond
en trapte door gelovend op zijn woord
zag ik orde op zaken rechtlijnig weer aan
de boot is de vluchthaven in gesleept
en de rivier kalmeerde binnen het krib
de kettingzagen hebben het afgelegd
ik zie weer bomen door het bos gespaard
een waterlijn de oogst en oude hout
het eigeel smaakte
aanstond goed doorbakken
mijn vrouw vroeg verder en reikte mij
haar hand wij lopen door het ooibos
later schijnt een kinderlijkje aangespoeld
met vlot trekken kwam ook het schip op drift