tussen de bloedrode zomerkoningen,
ijsheiligen en blauw aangelopen
wintervorsten en de blinden.
In steden ver van hier
Verwijdert landschap
Meer en meer tot alleen
Een zee van tijd waarin jij
Zwemmen kan voor je plezier
Leren want daar wonen alleen
Wereldgoden gewoon plaats
Vervangend god te spelen
Desnoods voor de wereldvrede
Maar zij zijn dan ook de demagogen
Met overal ogen die zich kunnen bogen
Over al die weidse taferelen
Om mee te spelen mogen al die heren
Zich daarbij laten vereren met hoe
Te leren van de feiten en hoe het af te leren
Van de wapenwedlopen en beter worden
Met ontwapenend beweren dat de kost geven
Van goed ogen echt meer dan genoeg is
Voor al die heren dan door wereldoorlogen
gezien ook valt te horen hoe verstorend
landschap op landschap te stapelen
met omtoveren tot kruisstreken tot rotstreken
waar mensdommen nooit meer omkomen
desnoods om alleen de tijd te doden
tot de wereld schoongenoeg
het spuugzat zal zijn