zittend in het tegenlicht
van het ochtendgloren
gelijkend een fontuin
spuitend uit de naden
van de harde werkelijkheid

ik heb een levensdoel gevonden
bij toeval in het nauw
gedreven, nou wat overdreven
het voelt voldaan zo gezonden
als door de lieve heer
een roeping in voldoen
eindelijk wordt levensmoe
iets dat met overleven
mij herschiep terwijl
ik in een noodkreet riep
het is volbracht bleek
net een nieuw begin
met gadeslaan van verval
een wonderbaarlijk geval
hoe de graad van ellende
zichzelf uitkeert met geld-
wolven in mamonsgebed
de passie preken over lot
en leed waar aan zij lang-
zamerhand zichzelf aan-
slaan en godgeprezen
aan kapot gaan in hun kleren
kast van streepjes pakken
de fijne snit en andere shit
wegrot uit hun vermaledijde
ogen de wereld weer bevrijden
die zij kaalgevreten achterlaten
in ontboste werkelijkheden
met in de gaten slechts hun puin
die hoopvol stemt dat op hun kaal
geslagen schrale kruin het dunne gras
kan wuiven als op een jonge blonde duin