wat steekt er achter het hart
dan een vlijmscherp knipmes
dat uitstekend de bast kerft
had het half af zichzelf verpand
ik was ® wat uitgesproken over geraakt. Over waarde; wie niets waard is kan waard worden wie waard wordt kan alles worden
Dit sonnet is in opspraak
woord voor woord door braak
rijm op schema gelijk'n trein
orakel vers dat moet zijn
speelt zichaf als diepe kras
gelijk de grammofoon ooit
happerend van tik naar nooit
bejaard oor weer in zijn sas
wat klopt er toch aan naalden
op papier dat telkens weer
verveeld weer rijmt op klop
lettergreep kijk uit je dop
ze proppen fratsen in leer
waar mv lijk weer faalden